Het ruimte-ei: ei van Columbus of windei?
De ruimtewetenschap zit in een impasse. Nieuwe foto’s van de James Webb Space Telescope laten alle theorieën rondom de oerknal wankelen. Het huidige idee, dat grote groepen sterren de sterrenstelsels vormden, kan waarschijnlijk op de schop. Het nieuwe inzicht is dat er eerst primaire sterrenstelsels werden gevormd van waaruit de sterren verschenen.
Als bevestigd wordt dat het nieuw ontdekte sterrenstelsel CEERS-93316 op z=16,7 ligt, 235,8 miljoen jaar na de oerknal, dan moeten alle evolutiemodellen van sterrenstelsels in de revisie. En misschien wel de hele kosmologische wetenschap. Dat is wat bekende kosmologen als Steinhardt, Mason en Boylan-Kolchin zeggen.
Schrijver Wil van de Vorst heeft recentelijk een theorie ontwikkeld die klip en klaar antwoord geeft op alle onduidelijkheden waar de ruimtewetenschap mee worstelt. En die ook nog eens het probleem van CEERS-93316 oplost. En dat voor iemand die totaal geen wetenschapper is.
Dat zijn theorie aanknopingspunten biedt blijkt uit de reactie van Dr. Josef Aschbacher, Directeur Generaal ESA (European Space Agency). Die reageerde twee weken geleden met positieve feedback op de email die Van de Vorst hem stuurde over VandeVorst Universe.
Wil van de Vorst: ‘Ik was positief verrast dat ik vrijwel onmiddellijk reactie kreeg van nota bene de hoogste baas van ESA. Zijn stimulerende, inhoudelijke commentaar bracht me op een nieuw idee dat ik direct heb verwerkt in VandeVorst Universe waardoor het veel beter is geworden. De nieuwe versie heb ik een paar dagen geleden gestuurd naar 300 kosmologen van onder andere Harvard, Princeton, Oxford, Cambridge, CERN, ESA en NASA. Die zijn er nu op aan het kauwen want stel dat het geen windei is, dan heeft de theorie verregaande consequenties voor de wetenschap. Het heelal blijkt dan rigoureus anders in elkaar te zitten. Zwaartekracht is dan bijvoorbeeld wel degelijk een afgeleide van elektromagnetische kracht.’
Kan je in het kort uitleggen hoe sterrenstelsels volgens jou ontstaan?
‘Eigenlijk is het heel eenvoudig. Een paar seconden na de oerknal ontstaan er miljarden PBH’s, Primordial Black Holes. Dat is geheel in lijn met de huidige wetenschap. In mijn theorie zeg ik dat elk van deze PBH’s evolueert tot een soort ruimte-ei waaruit een sterrenstelsel ontstaat. Een ruimte-ei met de massa ter grootte van miljarden zonnen. De naam van het ruimte-ei is EMIGO: Electromagnetic Ignite Galaxy Object.
De vergelijking is als volgt. Je neemt een zachtgekookt ei dat gepeld is en de vorm heeft van een bol. Als je er van bovenaf op kijkt prik je links en rechts een gaatje in het eiwit. De bol draait in de ruimte, om zijn as. Nu gaat het gebeuren: er volgen samentrekkingen waaruit het sterrenstelsel wordt geboren. Bij de eerste samentrekking spuit de helft van de inhoud, het eigeel, in twee slierten naar buiten: een sliert uit het linkergaatje en een uit het rechtergaatje. In werkelijkheid is het geen eigeel maar negatief geladen materie. Het eiwit is positief geladen antimaterie. De slierten materie worden door magnetisme aangetrokken door de antimaterie, ofwel het eiwit wordt aan de buitenkant bedekt met een laag eigeel. Plus en min trekt elkaar aan. Je ziet nu dus een positief geladen bol antimaterie die wordt bedekt door een laag negatief geladen materie. Volg je me nog?’
Jazeker!
‘Mooi. Dan volgt de tweede samentrekking. Nu spuit de rest van de materie door de twee gaatjes uit het draaiende ei naar buiten. De slierten bewegen zich door de sterke aantrekkingskracht van de kern van positief geladen antimaterie ook weer richting de kern. Ze plakken er echter niet aan vast omdat de buitenlaag van het ei is bedekt met negatief geladen materie. Min en min stoot elkaar af. De slierten blijven dus dicht tegen het ei zweven door het magnetisch evenwicht. Wat je nu ziet is een spiraalstelsel. Soms, als het ei nog niet helemaal leeg is, volgt een derde samentrekking. Dan komen er twee spiralen bij die ook naar de kern worden getrokken maar niet samensmelten met de andere spiralen. Want nogmaals: min en min stoot elkaar af.’
Materie (blauw) spuit links en rechts uit het EMIGO (ruimte-ei). Bij de eerste eruptie vormt het een laag op de antimaterie (rood). Bij de tweede eruptie ontstaan twee spiraalarmen. Bij een eventuele derde eruptie ontstaan nog twee spiraalarmen. Het EMIGO is nu binnenstebuiten gekeerd en heeft een kern van positief geladen antimaterie en een buitenlaag en spiralen van negatief geladen materie. Het sterrenstelsel is geboren.
Dus volgens jou wordt een sterrenstelsel geboren door erupties vanuit de kern?
‘Precies, dat is de essentie van VandeVorst Universe. De antimaterie vormt een solide kern met daaroverheen een laag materie en daarnaast spiralen van materie. Als je er op deze manier naar kijkt heb je een theorie die zowat alle mysteries oplost waar de wetenschap al jarenlang mee worstelt.’
Zoals?
‘Als je het voorgaande verhaal begrijpt kan je de volgende vragen voor een groot deel zelf al beantwoorden. Zo elegant is de theorie.
Waarom hebben spiraalstelsels altijd een even aantal spiraalarmen?
Waarom smelten spiraalarmen niet samen?
Waarom schijnt het licht in het centrum van een sterrenstelsel zo fel?
Waarom gaan spiraalarmen verder van de kern af staan als na verloop van tijd het licht in de kern minder fel gaat schijnen?
Wetenschappelijk is vastgesteld dat er evenveel antimaterie als materie is in het heelal. Waar is al die antimaterie gebleven?
Wetenschappelijk is vastgesteld dat sterren aan de buitenzijde van een sterrenstelsel een veel te hoge snelheid hebben volgens de zwaartekrachttheorie. Donkere materie zou de oplossing zijn. Dat is althans de theorie, want donkere materie is nog nooit gevonden.
De formule voor zwaartekracht lijkt heel veel op die van elektromagnetische kracht. Hoe zou dat komen?
Waarom zijn er zoveel verschillende vormen sterrenstelsels?’
Je moet me toch helpen Wil. Waarom schijnt het licht in het centrum van een sterrenstelsel zo fel?
‘Als materie en antimaterie elkaar raken krijg je annihilatie. Ze lossen elkaar op en produceren daarbij 511-keV fotonen, zogenaamde gammastralen. Volgens onderzoek van ESA worden deze volop waargenomen bijvoorbeeld in het centrum van de Melkweg. Ze hebben geen idee waar deze 511-keV fotonen vandaan komen. VandeVorst Universe wel.
Bij VandeVorst Universe vindt annihilatie plaats op het grensvlak van de antimateriebol en de materieschil. Door deze onderhuidse annihilatie ontstaat een ongelooflijk fel, lichtgevend object. Na verloop van tijd neemt de helderheid af. Antimaterie en materie vergaan, het licht wordt zwakker en het magnetisme neemt af.’
Waarom gaan spiraalarmen bij oudere sterrenstelsels verder van de kern af staan?
‘In het Hubble – De Vaucouleurs Diagram zie heel duidelijk wat er gebeurt als na verloop van tijd het licht en de magnetische werking van de kern zwakker wordt. De spiralen gaan steeds verder van de kern af staan. Je ziet ook dat spiralen nooit samensmelten vanwege hun negatieve lading. (De ellipticals in het diagram zijn sterrenstelsels die uit één eruptie zijn ontstaan.)’
Waar is alle antimaterie gebleven?
‘Volgens de relativiteitstheorie van Einstein en het Natuurkundig Standaardmodel werd tijdens de oerknal evenveel materie als antimaterie gevormd. Een van de grootste mysteries in de wetenschap is waar alle antimaterie is gebleven. Welnu, die is verstopt in de kern van sterrenstelsels onder een dikke laag materie.’
Waarom hebben sterren aan de rand van een sterrenstelsel zo’n hoge snelheid?
‘De Amerikaanse sterrenkundigen Vera Rubin en Kent Ford ontdekten in 1978 dat de buitengebieden van spiraalvormige sterrenstelsels sneller ronddraaien dan verwacht werd op grond van de, met de Einsteinvergelijking berekende, hoeveelheid zwaartekracht. Dit wordt het melkwegstelseldraaiingsprobleem genoemd. Om deze snelheid te verklaren werd donkere materie bedacht.
VandeVorst Universe zegt echter dat een sterrenstelsel draait als een elektromagnetische constructie. De hoge snelheid van de sterren in de buitenste ring is dan eenvoudig te verklaren. De zoektocht naar donkere materie kan worden gestaakt.’
Waarom zijn er zoveel verschillende vormen sterrenstelsels?
‘VandeVorst Universe laat zien dat elektromagnetisme de grote verscheidenheid aan sterrenstelsels in het universum creëert: sferische, elliptische, lensvormige, spiraalvormige en balkspiraalstelsels. Met zwaartekracht vanuit de huidige theorie kan dat nooit lukken.’
Hoe gaat het nu verder met VandeVorst Universe?
‘Ik heb eigenlijk geen idee. Ik kan me zo voorstellen dat de wetenschap er even tijd voor nodig heeft om de theorie te staven. Dat is ook precies mijn opzet. Je ziet ruimtewetenschappers vaak in de weer met grote borden vol formules. Wellicht daag ik ze op deze manier uit om ook op andere manieren oplossingen te vinden voor de grote vraagstukken.’
Stel dat VandeVorst Universe klopt?
‘Dat zou natuurlijk fantastisch zijn. Het model van de oerknal zou dan grote stappen vooruit kunnen maken. De puzzel valt dan heel logisch in elkaar: sterren worden gemaakt door sterrenstelsels en niet andersom. Het is een immense paradigma verschuiving.’
En wat doet dat met jou?
‘Ik moet eerlijk zeggen dat ik behoorlijk opgewonden was toen ik het idee voor VandeVorst Universe kreeg. Het kwam als een flits bij me binnen. De research die ikzelf al heb verricht bevestigt mijn theorie, alle onderzoeken die ik tegenkom wijzen in de goede richting. Het kan natuurlijk self fulling prophecy zijn, daar ben ik me terdege van bewust. Nogmaals: ik ben geen wetenschapper. Het is natuurlijk veel belangrijker dat de professionele wetenschap het idee bevestigt. Dat zou wel heel eervol zijn als dat gebeurt.’
Hoe ben je eigenlijk op het idee gekomen?
‘Ik ben een boek aan het schrijven waarin de hoofdpersoon precies weet hoe het universum in elkaar steekt. Daar heb ik veel research en zelfstudie voor verricht: het moet een goed boek worden. Op een dag staarde ik naar een foto van een sterrenstelsel en ineens zag ik het licht.’
En als het een windei blijkt te zijn?
‘Haha! Ik kan het ook heel goed relativeren. Wetenschap blijkt dan toch geen eitje te zijn. Ik vind dat ik de plicht heb om mijn idee te delen omdat het waarachtig is. Het is goed om als mens af en toe je nek uit te steken. Als het een windei blijkt te zijn heb ik hopelijk toch mensen geïnspireerd om anders naar het heelal te kijken.
Maar ik heb ook nog een cliffhanger! Als VandeVorst Universe blijkt te kloppen kan ik je ook precies vertellen wat er tijdens de oerknal is gebeurd. Dat is pas echt een prachtig verhaal.’
Over Wil van de Vorst
‘In mijn normale leven run ik een PR bureau, Van de Vorst PR. Ik ben geen wetenschapper. Het is denk ik mijn hyperlinkshandigheid wat zorgt dat ik gezegend ben met een creatieve rechterhersenhelft. Mijn ideevorming is gebaseerd op eenvoudige logica. Wat zien we precies in het heelal? Tegen welke problemen loopt de wetenschap aan? Is er een model dat mysteries zoals antimaterie, donkere materie, zwaartekracht oplost en de oorsprong en werking van het universum verklaart?
Ik heb VandeVorst Universe ontwikkeld vanuit mijn onbevangen blik op de situatie. Het kan zijn dat ik bepaalde onderdelen niet goed heb uitgewerkt, waarvoor mijn excuses. Zie het nieuwe model vooral als inspiratie voor de wetenschap.’
Bijlage: Sterrenstelsels eerder dan sterren?
Het kandidaat-sterrenstelsel CEERS-93316 werd ontdekt door het CEERS imaging-observatieprogramma met behulp van het Near Infrared Camera van de James Webb Space Telescope (JWST) in juli 2022. CEERS staat voor ‘Cosmic Evolution Early Release Science Survey’, en is een deep- en wide-field sky survey-programma dat speciaal is ontwikkeld voor JWST-beeldstudies en wordt uitgevoerd door CEERS-Collaboration.
Astronoom Dr. Rebecca Bowler, co-auteur van de ontdekkingsstudie over de ontdekking: ‘Het vinden van een z = 16,7 sterrenstelselkandidaat is een geweldig gevoel. Het was niet iets dat we verwachtten op basis van de vroege gegevens. Na de oerknal ging het heelal door een periode heen die bekend staat als Dark Ages, een tijd voordat de sterren waren geboren. De waarnemingen van CEERS-93316 duwen waarnemingen verder terug in de tijd waar we denken dat de eerste sterrenstelsels die ooit bestonden werden gevormd. We hebben al meer sterrenstelsels in het zeer vroege heelal gevonden dan computersimulaties voorspelden, dus er zijn duidelijk veel open vragen over hoe en wanneer de eerste sterren en sterrenstelsels zijn gevormd.’